Archive | June 2011

Pronken met verzonnen veren

pauw

Kletsmajoor….

Ik, Palamedes, krijgt weleens vragen van lezers van dit blog of ik allemaal op de plaatsen ben geweest waar ik over schrijf. In de meeste gevallen is dat wel zo, maar soms ook niet. Houdt dat in dat het onmogelijk is om erover te oordelen? Het is maar de vraag wat de bedoeling is van een artikel, blog of essay. Het gaat er ook om of de pretentie wordt opgehouden dat men een plaats heeft bezocht of een gebeurtenis heeft plaatsgevonden.

Als die pretentie er is, en naderhand blijkt dat de schrijver zaken heeft verzonnen, zit de schrijver natuurlijk fout. Bekende reissschrijvers als Bruce Chatwin en Ryszard Kapuzcinski hebben delen van hun ontmoetingen en gesprekken verzonnen. Is dat erg? Ik zou zeggen: minder erg als het gaat om gesprekken met lokale bewoners, zoals in Chatwins Patagonie Express, waarbij die gesprekken slechts dienen ter kleuring van de omgeving. Kwalijker is als hele ontmoetingen met historische personen worden verzonnen, zaken waarvan Kapuzcinski onder andere wordt beschuldigd.

Vreemd genoeg hebben gesproken woorden weinig waarde, maar zodra iets op schrift staat krijg het een soort extra waarde. Misschien komt die overdreven waardering van het geschreven woord voort uit oude tijden waarin boeken schaars en dus kostbaar waren. Met de komst van het internet is de informatievoorzienig geexplodeerd, en is overal en altijd informatie aanwezig. Op basis van de wet van behoud van ellende, heeft dit heeft er helaas ook toe geleid dat de waarde van het geschreven woord is afgenomen. Bovendien ontstaat er een soort ‘opzoek-luiheid’: mensen doen geen moeite meer om iets echt te onderzoeken omdat het toch wel in een paar seconden kan worden opgezocht. Reden waarom Wikileaks zo snel zijn glans heeft verloren is dat teveel informatie ook niet goed is. Overdaad schaadt, ook in tijden van I-phones en Blackberries.

Voor de leeshelden die dit artikel helemaal tot hier hebben kunnen en willen lezen, wil ik graag nog een ander punt aanstippen. Er is met al die informatie ook een ander risico aanwezig. En dat is dat wij allemaal een soort Cornelis de Pauw worden. Deze Nederlandse geograaf, filosoof en diplomaat (1793-1799) was in zijn tijd uitermate populair en vooraanstaand. Hij schreef een beroemd standaardwerk over Amerika, zonder er ooit te zijn geweest. Hij beschreef Amerika als een gedegenereerde plaats met inferieure mensen, een achterlijke plaats. Hij noemde zijn werk Recherches philosophiques sur les Americains. Daarin beschrijft hij zelfs dat de Amerikaanse dieren gedegenereerd zijn. Het Amerikaanse klimaat beschrijft hij -alsof het een homogeen klimaat zou zijn-  als erbarmelijk.

De Pauw werd als een groot wetenschapsman beschouwd in zijn tijd en kreeg zelfs een aanstelling aan het Hof van Frederik de Grote van Pruisen. Totdat men er daar natuurlijk achter kwam dat zijn ”Recherches” klinkklare onzin waren en De Pauw een kletsmajoor was. Kletsmajoren doen het goed als diplomaat natuurlijk, zo bleek ook recentelijk weer uit het belabberde niveau van de door Wikileaks onthulde correspondentie tussen diplomaten over de haarkleur van Berlusconi en dergelijke.

De blamage van De Pauw leert ons moderne mensen drie zaken: (1) vertrouw niet alles wat wetenschappers schrijven, al staan zij in onze tijd nog zo hoog in aanzien. (2) laat diplomaten geen wetenschap bedrijven en natuurlijk de belangrijkste les: (3) oordeel niet over zaken die je niet kent.  

Van Coca tot Bananen en weer terug

banana 

Wat is de overeenkomst tussen de drugsoorlogen in Mexico en Colombia en de Nigeriaanse en Italiaanse maffia? In de eerste plaats het feit dat deze sterk met elkaar zijn verweven. De Mexicaanse cartels hebben de leiding in Colombia overgenomen, en Nigeriaanse handelaars trachten door het uitschakelen van tussenpersonen direct de drugs van de coca-boeren te kopen.

Intussen verplaatst de handel zich voortdurend: het Caribisch gebied wordt steeds intensiever bewaakt -tegen steeds hogere kosten- en ook het Colombiaanse leger gooit veel roet in het eten. De route via Afrika stijgt in populariteit ten koste van de traditionele route over zee of via de luchtvaart. Afrika is minder gereguleerd en biedt daarom nieuwe mogelijkheden. De Nigeriaanse maffia heeft dit snel ingezien en beheerst tegenwoordig bijna de gehele Afrikaanse drugshandel en een groot deel van de toevoer naar Europa en Nederland, waar Amsterdam zoals altijd een prominente plaats inneemt. In Europa werken zij samen met de Hollandse drugsjongens, de Italiaanse maffia, camorra en ndranghetta, die op hun beurt weer goede contacten hebben met hooggeplaatste politici en ‘normale’ zakenlieden in de ‘Bovenwereld’. Deze investeren hun verdiensten vervolgens weer in banken en Caribische offshore-vennootschappen en zo is de geografische cirkel weer rond.

Ik zeg natuurlijk niets nieuws. De drugshandel is een complex systeem met producenten, afnemers, specialisatie etcetera. Eigenlijk net al ieder ander productieproces maar dan illegaal. Daarom is het ook zo moeilijk aan te pakken: het gaat om een complex systeem met steeds wisselende actoren, die net als Medusa steeds weer de kop opsteken zodra elders een kop wordt afgehakt. Bovendien groeien de coca-bomen gewoon als natuurlijke vegetatie in die gebieden, net zoals de beuk of de eik hier in Nederland. Zo wordt het wel erg moeilijk om niet aan de gouden blaadjes te gaan zitten.

Een belangrijke factor die de drugshandel instandhoudt is het feit dat drugscartels en maffia-organisaties van allerlei snit in wezen een surrogaat-staat vormen, een parellelle overheid. Veel mensen verdienen al dan niet door omstandigheden gedwongen hun brood met de drugshandel. De organisaties bieden hun mensen een zekere mate van bestaanszekerheid en soms zelfs scholing en verzekering tegen ziektekosten. Zo maken deze organisaties zich geliefd bij de mensen die er het slechtst aan toe zijn.

De internationale drugshandel zal, gelijk de slavernij eertijds, blijven bestaan zolang er geen ander economisch model zal ontstaan. Gezocht moet worden anar een alternatief model op basis waarvan de producenten, de kleine coca-boeren en de vele mensen die indirect hiervan afhankelijk zijn kunnen leven. Een ”War on Drugs” is ineffectief zolang niet tegelijk een strijd voor de verbetering van de sociale omstandigheden wordt gevoerd. De illegaliteit van drugs en de ”War on Drugs” in de huidige vorm heeft de prijs alleen maar doen stijgen en heeft slechts geleid tot een steeds verdere specialisatie en verharding in de drugswereld zelf.

Misschien is een eerste stap op de goede weg het bieden van goede alternatieven voor de surrogaat-staten. Als de allerarmste Colombianen en Mexicanen een ziektekostenverzekering hebben, brood op de plank en naar school kunnen, zullen zij minder afhankelijk zijn van de drugsbaronnen. Wellicht vormt een weliswaar controversieel maar niettemin goed voorbeeld juist de in veler ogen perfide Amerikaanse mega-onderneming de ’United Fruit Company’, die al aan het begin van de 20e eeuw aan vele Colombianen, Guatamalteken en Panamezen werkgelegenheid en zekerheid bood in de vorm van scholing. Dit bedrijf had de beschikking over eigen spoorwegen, een eigen distributiesysteem, eigen scholen en zelfs een eigen leger. 

De United Fruit Company (hierna: UFC) wordt door links juist als voorbeeld gezien van kapitalistische uitbuiting. Terecht overigens want het bedrijf grossiere in corrupte praktijken. Vervolgens heeft de Amerikaanse inmenging in Guatemala het nodige kwade bloed gezet, wederom terecht. Maar feit is dat de sociale omstandigheden van dit mega-bedrijf – wellicht de eerste surrogaat-staat in de regio - het beter hadden dan de meeste andere werknemers in de regio.

In het geval van de UFC is teveel gekeken naar de kwalijke kanten van dit bedrijf zonder ook de goede kanten te belichten. Alsof een hogere standaard wordt opgelegd aan een Amerikaans bedrijf dan aan bijvoorbeeld Fidel Castro, die met zijn politiek evenzeer Cuba tot de rand van de afgrond heeft gebracht. Is het opleggen van een hogere standaard aan een ”westers” en dus ”blank” bedrijf dan aan een overheid uit de ”derde wereld” (hoewel Castro en de zijnen tot de blanke elite behoren) geen verkapte vorm van racisme? Inmiddels heeft het linkse radicalisme dat in de UFC en dergelijke de belichaming van het kwaad zag, echter ook veel van zijn glans verloren.

Politiek dogma’s staan vaak een oplossing van complexe problemen in de weg, dat geldt in de Griekse euro-crisis evengoed als in Latijns-Amerika. Dus misschien kunnen beleidsmakers misschien weer eens het beruchte dossier van de UFC induiken en kijken op welke manier men ertoe kan overgaan om gewoon weer koffie, tabak of andere wel legale producten te verbouwen. Met weglating van de kwalijke praktijken van de United Fruit Company, maar onder instandhouding van het sociaal beleid van dit bedrijf. Zonder  a-priori veroordeling van Amerikaanse ‘kapitalistische praktijken’ maar met een nuchtere blik. Dan kan een middenklasse zich eindelijk ook in die gebieden vormen, net als in Brazilie, waar president Lula als socialist het economisch beleid van zijn rechtse voorganger Fernando Henrique Cardoso (die zelf weer was beinvloed door de recent overleden econoom en jurist Celso Furtado) volledig heeft voortgezet. In ieder geval hebben we dan geen Che Guevara of Tanja Nijmeijer meer nodig of andere dweepzieke romantici met moordwapens in de hand. Liever gewoon realisten met een nuchtere kijk op de zaken zoals Cardoso en Lula.  

De complexe Columbus van Simon Wiesenthal (het onbekende Latijns-Amerika deel I)

santangel Luis de Santangel, wellicht ‘s werelds eerste durfinvesteerder en makker van Columbus

De ontdekking door Columbus van Amerika in 1492 wordt terecht als een van de belangrijkste gebeurtenissen in de wereldgeschiedenis gezien. Zowel op cultureel gebied als in economische zin, zoals ook Adam Smith al erkende in de 18e eeuw, waaraan hij overigens toevoegde dat de verstrekkende gevolgen nog niet geheel te waren overzien. Adam Smith leefde namelijk in de periode dat de Industriele Revolutie op de Britse eilanden in volle gang was, maar de wereld nog niet geheel werd gedomineerd door Europese machten. Wie ooit de film The Mission heeft gezien, weet dat tot ver in de 18e eeuw grote delen van het binnenland van Zuid-Amerika nog weinig waren beroerd door de Spanjaarden en Portugezen. Ook de kolonisatie van de Afrikaanse binnenlanden moest nog plaatsvinden.

Toch kan 1492 gezien worden als de eerste aanzet van de Europese expansie. De aankomst van Columbus op de Bahama’s markeert zelfs, al is het vrij kunstmatig, in veler ogen de scheidslijn tussen de Middeleeuwen en de vroegmoderne tijd. Nu zijn er hele boekenkasten vol geschreven over Columbus en de tijd die na de ontdekking van de Nieuwe Wereld volgde, de periode van de conquistadores. Er is veel kritiek geweest op het vieren van deze gebeurtenis in 1992 omdat het de beginakte vormde van de vernietiging van een geheel continent en zijn bewoners. Ook klonken kritische geluiden dat het helemaal geen ‘ontdekking’ zou zijn geweest. Immers de oorspronkelijke bewoners woonden er al sinds Indianenheugnis.  

Allemaal terechte kritiek. Maar toch markeert 1492 ontegenzeggelijk een breuk in de geschiedenis voor zowel de overwinnaars als de overwonnenen. Het vreemde is dat juist de grootste ontdekker ter wereld, Columbus zelf, altijd omgeven is gebleven door mysterie. Cristobal Colon, Cristoforo Colombo: het lijkt wel alsof het gaat om meerdere persoonlijkheden. Was hij nu een Spanjaard, een Italiaan, een Catalaan, of toch een Portugees?

De onbekendheid van de persoon Columbus als belangrijkste man in de moderne geschiedenis is een welkom onderwerp van interpretaties. En daar bedoel ik mee te zeggen dat de man de kleur aanneemt van de optiek van waaruit onderzoekers Columbus bestuderen. Volgens de Spaanse geschiedschrijving betrof het uiteraard een Spanjaard, Cristobal Colon. Volgens de Italianen was hij een Genuees: Cristoforo Colombo. Sommigen menen dat hij een Catalaan was, of zelfs eigenlijk toch een Portugees.

De onduidelijkheid omtrent Columbus deed mij denken aan dezelfde vaagheid die een ander groot man in de geschiedenis omringt. En dat is Baruch de Espinoza. Ook bij hem die verschillende spellingen. Bento de Spinoza, of Baruch de Espinoza, of juist andersom. Bento (”gezegend”) is een vertaling van het hebreeuwse ”Baruch” (vgl. het arabische ”Barack” van Obama).

De link tussen de twee mannen legde ik pas na lezing van een vrij onbekend (geloof ik) boek van Simon Wiesenthal, de bekende nazi-jager. Hij kwam vanwege zijn werk veel in de Verenigde Staten en geraakte zeer geinteresseerd in die andere grote genocide van de laat 19e en begin 20e eeuw, die van de totale vernietiging van de Noordamerikaanse Indianen. Een genocide waarbij zelfs de Armeense genocide in het niet valt (wellicht is het tijd voor een wet die het ontkennen van de Indiaanse genocide verbiedt?).

Wiesenthal kwam zo via de Indiaanse genocide bij Columbus. Daarbij stuitte hij op documenten die aantoonden dat de onduidelijkheid over de herkomst van Columbus deels voortvloeide uit de officiele geschiedschrijving waarbij ieder land zich de man toe-eigende. Maar ook meende Wiesenthal dat de schimmige herkomst van Columbus voortvloeide uit het feit dat Columbus zelf ook niet wist waar hij bij hoorde. Hij was bovenal een bekeerde Iberische Jood zonder vaderland. Een marrano dan wel een converso. Een ontheemde die op zoek ging naar een nieuwe wereld om daar vrijheid voor het Joodse volk te vinden. Wiesenthal schreef deze theorie neer in zijn boek ‘Zeilen der Hoop, de geheime missie van Christoffel Columbus’‘ uit 1973. Het lijkt vergezocht, maar is het dat ook? Simon Wiesenthal, toch geen dommerik, komt met goede argumenten die zijn gebaseerd op door hemzelf verricht direct bronnenonderzoek. Inderdaad klinkt het plausibel dat een Jood die zich wellicht vrijwillig, of door omstandigheden, had bekeerd tot het christendom, zich zacht gezegd enigszins ”ontheemd” moet hebben gevoeld in het Spanje van na de val van Granada.

Journalist Chris van der Heijden heeft ooit een fraai boek over Spanje en Latijns -Amerika de periode van 1492 tot ongeveer 1525 geschreven genaamd ”Zwarte Renaissance”. Daarin legt hij in fraaie bewoordingen uit hoezeer de kruisvaardersmentaliteit van het Spanje van de reconquista doorwerkte in de conquista van Amerika.

Wiesenthal legt de link tussen de reconquista en de conquista nog directer. Hij meent zelfs dat er een causaal verband tussen de twee bestaat in de vorm van Columbus. Daarmee wordt de man bijna een metafysisch geheel, een overgang tussen twee tijdperken en twee werelden, Oud en Nieuw. Maar ook temporeel is een een verband, aldus lees ik Wiesenthal. De eerste schepen van Columbus voeren uit op 3 augustus 1492, precies de dag nadat de ”deadline” voor de Joden om Spanje te verlaten was verstreken. Op 2 augustus 1492 moesten de Joden zijn bekeerd tot goede christenen of moesten zij hun boeltje hebben gepakt. 

Wiesenthal meent dat de Joodse achtergrond van Columbus cruciaal is geweest bij zijn beslissing zijn riskante onderneming te beginnen. Ook toont hij overtuigend aan dat het niet koningin Isabella was die het hachelijke project financierde, maar de Joodse bankier Luis de Santangel (*), tot wie Columbus zich dan ook in eerste plaats richtte.

Hoe anders had de wereld eruit gezien als Columbus niet zijn reis had ondernomen naar het westen maar naar het oosten, zoals vele andere sephardische Joden. Die werden met open armen ontvangen door de Turkse Sultan, die goed doorhad dat deze kapitaalkrachtige lieden een aanwinst waren voor het Osmaanse Rijk. Als Columbus zich zou hebben gevestigd in Italie of in Thessaloniki had zijn carriere er heel anders uit gezien, en de wereld ook. Dan komen we bij ”iffy history”: misschien was het Aztekenrijk allang uit elkaar gevallen voordat de Europeanen Mexico hadden ontdekt. Ook in het Inca-Rijk rommelde het al rond 1500. Of misschien hadden deze Rijken zich kunnen vernieuwen en beter weerstand kunnen bieden tegen de Spanjaarden, hoewel dat niet waarschijnlijk was gezien het feit dat de meeste Indianen werden gedood door onzichtbare Spaanse hulptroepen in de vorm ziektekiemen.

Wat er ook zij van de eerste ”biological warfare” ter wereld, de feitelijke eerste wereldoorlog van de Spaanse conquista, feit is dat Christoffel Columbus,  letterlijk de ”brenger van Christus” (christoforos), niet alleen het Christendom met al zijn hypocrisie bracht, maar vooral ziekten. Misschien had hij daarom beter Pathogenoforos Columbus kunnen heten. En de bekering der Indianen vond in de regel plaats onder doodsdreigementen. De Indianen hadden immers niet zoveel op met die blanke God. Zij wilden sterke Goden in de vorm van panters en roofvogels, jagers en heersers over de natuur, geen hypocriete ”loser” die ondanks al zijn vrome praatjes aan het kruis was gestorven.

Resteert nog de vraag wat precies de motieven waren van Columbus om naar het westen te zeilen. Volgens Wiesenthal ging het om een zoektocht naar nieuw land voor het Joodse Volk. Zionisme avant la lettre: fantasie of zit er toch een kern van waarheid in? Wiesenthal was er niet echt de man naar om geschiedsschrijving louter voor zijn politieke doeleinden te gebruiken, zoals tegenwoordig vaak wel gebeurt. Zo leren sommige anti-Europese historici (die overigens meestal zelf Europeanen zijn) dat de Chinezen de pasta zouden hebben uitgevonden, en dat zij Kaap de Goede Hoop al zo’n 60 jaar eerder zouden hebben gerond dan Bartholomeus Diaz. Wiesenthal kwam al in 1973 met zijn theorie, toen dergelijke a-priori ‘fact-finding’ methodes (eerst komt de conclusie, daarna uitsluitend de argumenten die de vooropgezette conclusie kunnen dragen) nog niet erg in zwang waren.

Of heeft Wiesenthal zich Columbus op onrechtmatige wijze toegeeigend om Columbus als Joodse held te laten optreden? Dat lijkt niet waarschijnlijk nu Wiesenthal ook wel wist dat de komst van de Spanjaarden het einde van de Indiaanse cultuur betekende. Welk punt probeerde Wiesenthal hiermee nu precies te maken? Columbus was na zijn ontdekking vooral een mislukking. Hij vond zijn beloofde land niet, althans hij was zich er niet van bewust dat hij een nieuw continent had ontdekt. Vervolgens geraakte hij in allerlei problemen met het Spaanse gezag.

Columbus’ leven is dus geen aaneenschakeling van heldendaden die ons inspireren, maar een troebel geheel. Maar was hij een vroege zionist? Is dat de echte Columbus of de Columbus van Wiesenthal?

DIT HET EERSTE DEEL VAN EEN VIERDELIGE REEKS OVER ENKELE ONDERBELICHTE ASPECTEN VAN DE GESCHIEDENIS VAN DE BEIDE AMERIKA’S

(*) http://en.wikipedia.org/wiki/Luis_de_Sant%C3%A1ngel

Enseigner l'histoire au cyc... |
Anglais pour non-spécialist... |
videohistgeo6eme |
Unblog.fr | Annuaire | Signaler un abus | Le Lensois Normand
| Padiri Joseph FRAIPONT NDAG...
| cartes postales du morbihan