Archive | September 2010

Gerrit Schotte: yes you can!

Beoogd premier van Curacao Gerrit Schotte meldde vandaag dat het eiland geenszins klaar is voor de onafhankelijkheid. De verzelfstandiging van het eiland gaat gepaard met een nog altijd grote schuldenlast en aan de noodzakelijke wetgeving en uitvoering schort het nog altijd.

Is een ooit een land klaar geweest voor zelfstandigheid? Waren de aride Kaapverdische eilanden in de jaren ’70 klaar voor zelfstandigheid? Was Singapore in de jaren ’60 klaar voor zelfstandigheid, of de Seychellen? Nee.

Toch hebben al deze micro-landen zich na een harde beginperiode omhooggewerkt tot regionale motors van de wereldeconomie. Aruba, dat zelfstandig werd in 1986 stond er uiterst slecht voor, de olie-raffinaderij was gesloten en de economie uiterst fragiel. Goed bestuur en een gemeenschappelijke visie hebben ervoor gezorgd dat Aruba nu een van de rijkste eilanden is in het Caribisch gebied.

Het is opvallend dat juist de landen die weinig ontwikkelingshulp kregen en die vanuit hun eigen kracht zijn uitgegaan, nu de kampioenen zijn geworden. Singapore stelde niets voor toen het eilandstaatje zelfstandig werd. Toch gaven ze niet de schuld aan Maleisie of aan Engeland voor hun achterstand. De Kaapverdische eilanden zijn zich aan het ontwikkelen tot een regionale motor van West-Afrika. Strategisch gelegen tussen het opkomende Brazilie, Europa en Afrika, groeit deze economie met een indrukwekkend tempo. Geholpen door een goed bestuur en met onder andere grote steun van Luxemburg, dat flink investeert in het westafrikaanse landje. De Kaapverdianen wijzen niet met beschuldigende vinger naar Portugal, maar kijken vol verwachting naar hun grote Braziliaanse broer. De Nederlandse overheid  blijft daarentegen flinke sommen geld sturen aan corrupte regimes. Ook financieren we indirect het instandhouden van islamistische bewegingen in Afrika, die nu een mooie oorlogskas hebben vergaard in hun heilige strijd tegen het perfide, moraalloze Westen. En tegelijkertijd zitten we te prutsen met de status aparte van Curacao en St. Maarten.

Ik zou zeggen: Curacao, kijk in de spiegel. Challenge what the future holds. Bouw een mooi land op, tegen de verwachtingen in. Kijk naar Singapore of naar de Seychellen. Steek de handen uit de mouwen. Nu is het even moeilijk, maar dat is noodzakelijk om te groeien. Steek een dikke middelvinger op tegen Nederland, Venezuela en al die anderen die denken dat Curacao het niet gaat maken. Kijk ook vooral niet (meer) naar Suriname, dat niet van de geschiedenis leert en zo weer voor een dictator heeft gekozen die alleen maar zichzelf en zijn eigen kliek verrijkt.

Niet klaar voor de zelfstandigheid? Zou Betico Croes, de voorvechter van de Arubaanse status aparte ooit zoiets durven hebben roepen? Nee. Hij ging naar de Verenigde Naties en verdedigde zijn zaak met vuur, speelde hoog spel en kon het feit dat hij de lokale verkiezingen verloor niet verkroppen, om zich vervolgens dood te rijden. Talloze minder dramatische voorbeelden in de wereld anno 2010 zijn voorhanden ter inspiratie. Nu alleen nog actie ondernemen, Curacao. En doen! Niet gaan piepelen om geld, zeuren en klagen. Dat gemekker hebben jullie goed van Nederland geleerd maar nu is het tijd voor handelen. Degene die zeurt en klaagt is afhankelijk en niet vrij. Na vier eeuwen lang gedwee te moeten luisteren naar de zalvende woorden van de hypocriete Hollandse dominees, slavenhouders en kooplieden is het bijna zover. De vrijheid lonkt. Een sprong in het diepe. Een diepe, risicovolle vrijheid. Si boso por!

Ambassadeurs van eigen agenda

Enkele dagen geleden zag ik bij De Wereld Draait Door beelden van een interview met Ayaan Hirsi Ali waarin zij kritiek leverde op de Nederlandse mentaliteit. Zij had het over het welbekende maaiveld, met alles wat daarbovenuit steekt dat wordt afgezaagd. Enkele jaren geleden deed Prinses Maxima haar beruchte uitspraak dat ”de Nederlander” niet zou bestaan. Velen vielen over haar heen.

Wat Maxima en Hirsi Ali met elkaar gemeen hebben, en wat kennelijk bij veel Nederlanders slecht aankomt, is dat zij buitenlanders zijn of waren en dus relatieve nieuwkomers in de Nederlandse samenleving. Wat er ook zij van hun kritiek, in binnenlandse verhoudingen is het slechts irritant wat zij doen, niets meer en niets minder.

Schadelijker is het als buitenstaanders vervolgens in het buitenland het beeld schetsen dat er met Nederland veel mis is. Nu heeft Nederland al een tanende reputatie in het buitenland, voornamelijk veroorzaakt door Geert Wilders en trawanten, maar mensen als Hirsi Ali en met haar vele anderen bevestigen dit negatieve beeld nog verder. Een voorbeeld uit de praktijk kan dit wellicht verduidelijken. Een vroegere Engelse collega van mij was op een zakenreis naar New York. Daar kwam zij in gesprek met politiek geinteresseerde advocaten, die goed bekend waren met Hirsi Ali. Mijn collega vertelde vol overtuiging dat Hirsi Ali was gevlucht uit Nederland na een aanvaring met een racistisch politicus. Dat moet dan waarschijnlijk Rita Verdonk zijn geweest, dacht ik dan. Vervolgens meldde mijn collega dat deze racistische politicus had gedreigd haar paspoort af te nemen, dit geheel tegen de wet in. Zo was de sage Verdonk-Hirsi Ali dus overgekomen in het buitenland.

Hirsi Ali heeft faam verworven in de Verenigde Staten en enkele bestsellers op haar naam staan. Terwijl Nederland alles voor haar heeft gedaan, van asiel verlenen tot studiefinanciering, huisvesting, carriere. Toch krijgt ons land geen dank voor de verleende hulp. Nederland was voor Hirsi Ali slechts een vehikel in haar strijd tegen de islam. In het kielzog van haar kruistocht tegen de Islam is zij zelfs tijdens haar Amerikaanse periode Christen geworden.

Het geval Hirsi Ali staat niet op zich. Tenminste voor wat de relatie met Nederland betreft. In het verleden hebben velen die werden vervolgd in het buitenland hun toevlucht gezocht en gevonden in Nederland, aangetrokken door het vrije politieke en culturele klimaat. Van Rene Descartes tot Spinoza en de Pilgrim Fathers: zij hebben zich weliswaar positief uitgelaten over de vrijheden die Nederland bood om hun ideeen te ventileren, maar Nederland was ook voor deze vrijheidsdenkers slechts een vehikel onderweg naar andere, betere bestemmingen. Van de Pilgrim Fathers resteert in Leiden een gedenksteen naast de Pieterskerk met daarnaast een klein museum waar af en toe groepjes Amerikanen komen. Deze Amerikanen behoren tot een kleine groep geinteresseerden, voornamelijk afkomstig het zo Europees aandoende New England. De meeste Amerikanen die internationale lectuur lezen vinden hun weg sneller naar de bookstore met de boeken van Hirsi Ali dan naar de Leidse Pieterskerk.

Nederland smacht dan ook naar buitenstaanders die eindelijk het eigen land eens prijzen. Maar als zij dit doen, wuiven we dit licht gegeneerd weg. We kunnen moeilijk omgaan met prijzende woorden. Complimenten worden gebagatelliseerd, maar heimelijk glunderen we van trots. En het is diezelfde trots die gekrenkt wordt als buitenstaanders dit ingewikkelde sociale spel niet doorhebben. Want pas als een buitenstaander begrijpt dat we trots zijn op ons gebrek aan trots, dat we kritiek verwarren met betrokkenheid, dat we directheid verwarren met oprechtheid, dan heeft die buitenstaander de initiatie tot echte Nederlander ondergaan.

Tot die tijd wordt de buitenstaander nu eens bewonderd voorzover hij kritiek heeft op onszelf en verguisd als hij ons prijst. Zoals Hirsi Ali nu eens wordt bewonderd, dan weer geprijsd naar gelang haar boodschap. Maar ze hoort er niet bij, juist vanwege de stelligheid van haar boodschap en het feit dat zij zichzelf niet wegwuift, niet bagatelliseert. Hetzelfde principe maakt ook Geert Wilders tot een buitenstaander in eigen land, terwijl hij steeds meer een ”insider” wordt in internationale kringen. Laten we hopen dat Nederland voor hem niet slechts een vehikel is. Daar heeft Nederland zo langzamerhand wel genoeg van, van deze ambassadeurs van de eigen agenda.

 

Nogmaals de speech van Wilders

Er zijn al verschillende analyses geweest in de kranten over de speech van Geert Wilders op 11 september 2010 in New York. Er heerste in die analyses vooral opluchting omdat Wilders zijn toon had gematigd om zo de coalitieonderhandelingen niet in gevaar te brengen. Zou Wilders zijn toon echt hebben gematigd vanwege Rutte en Verhagen?

Het lijkt onwaarschijnlijk dat iemand die al jarenlang moet onderduiken wegens doodsbedreigingen en toch stug doorzet opeens concessies doet voor de Haagse coalitie-onderhandelingen. Veeleer lijkt het waarschijnlijk dat Wilders zijn toehoorders niet voor het hoofd wilde stoten. Zijn medestanders in de Verenigde Staten en elders ter wereld hadden op die belangrijke datum geen behoefte aan islam-bashing maar aan een steuntje in de rug. En daaraan heeft Wilders zich keurig gehouden. Maar wellicht was er nog een andere reden waarom Wilders zijn speech niet teveel op het wezen van de Islam richtte.

Wat opvallend is, is dat in Nederland vooral wordt gevreesd dat Wilders weer zou beginnen met moslims af te schilderen als intolerante mensen, oproepen tot Koranverboden en kopvoddentaks. Kortom, alle bekende onzin. Het opvallende is dat moslims stil bleven. Niet zo vreemd, het Midden-Oosten opruiende politici. Jodenbashing is een populair tijdsverdrijf van politici overal in het Midden-Oosten en verder. Moslims worden pas echt geraakt als de Islam zelf in het hart wordt aangevallen. De interpretatie van watnu precies radicaal is, wordt dus fundamenteel verschillendopgevat in Nederland en het overige Westen enerzijds en de Islamitische wereld anderzijds.

Wilders’ speech bevatte veel ware woorden, maar ook enkele vreemde vergelijkingen. Terecht noemde hij de slechte positie van christenen in het Midden-Oosten, vooral die van de Kopten. Hij noemde echter niet dat vooral de Amerikaanse invasie in Irak de nekslag heeft gevormd voor de eens 800.000 man sterke christelijke minderheid in het tweestromenland. Voorts vergeleek hij New York als bolwerk van vrijheid met Mekka, de hoofstad van de islamitische wereld. Schever kan de tegenstelling niet zijn, door een moderne metropool te vergelijken met de meest heilige plek binnen de Islam kan het niet anders dan dat die verschillen enorm zijn. En Wilders raakte met die vergelijking de moslims dan ook niet. Die vinden uiteraard dat hun heilige plaats niet vergeleken kan worden met een wereldse metropool als New York. Wilders had er beter aan gedaan om New York te vergelijken met Dubai of Kuala Lumpur, wereldsteden van de islamitische wereld, waar niettemin geen tot weinig vrijheid bestaat voor andersgelovigen.

Had Wilders de islamitische wereld juist willen raken door de vergelijking met Mekka, dan had hij beter kunnen noemen dat juist de meest heilige plaats van de islam een gigantisch commercieel centrum is geworden. Verzekerd van de toestroom van pilgrims, worden er miljarden verdiend om deze te accomoderen. Binnenkort komt er zelfs een hoge snelheidstrein naar Mekka. Ook had hij erop kunnen wijzen dat de Saoedis op eigen initiatief de Amerikaanse troepen daar hebben binnengehaald. Daar is geen enkele dwang van Amerikaanse zijde vanuit gegaan.

Als Wilders het politieke karakter van de islam had willen benadrukken, had hij moeten zeggen dat de discussie over de aard van de islam overbodig is. De islam is namelijk niet alleen een religie of een politieke ideologie, maar beide. Althans, het is maar hoe de islam wordt ingebed in de staat. De verspreiding van de Islam in grote delen van Afrika en Azie geschiedde deels om de positie van machthebbers te onderstrepen en continuiteit van de heersende elites te waarborgen. De bevolking bleef grotendeels ‘heidense’ praktijken uitvoeren, van de Indische archipel tot in de Soedan. En dit leidde niet zelden tot conflicten en bloedige jihads tegen andere stammen of volkeren die door de oorlogshitsers als ‘nep-moslims’ werden beschouwd. De recente genocide in Darfur vond plaats tegen de achtergrond dat de pastorale bewoners van de regio niet als ‘echte’ moslims worden gezien door de Arabieren. Pas ten tijde van het westerse kolonialisme in de loop van de 19e eeuw werd de Islam ook voor de gewone bevolking een ideologisch instrument om zich te weren tegen de nieuwe vijand: de Europese onderdrukker. Het fundamentalisme was geboren.
In andere delen van de wereld geschiedde de groei van de Islam soms als emancipatie van achtergestelde groepen zoals in India, waar opvallend veel leden van de laagste kasten zich bekeerden tot de Islam om zo aan het verstikkende kastesysteem te ontkomen. Die diversiteit, die overigens ook teruggevonden kan worden in het Christendom en andere religies, wordt niet of nauwelijks onderkend in deze tijd van oppervlakkige kennis. Talloze moslimlanden hebben het democratische stelsel gekozen, zoals Turkije en vele andere landen. Nu is die democratie niet volledig naar westerse maatstaven, dat is bekend.

De tegenstellingen binnen de islamitische wereld tussen orthodoxie en moderniteit zijn net zo groot als die tussen het westen en de islamitische wereld. Hoe kan je dan nog een land als Turkije, dat zichzelf in grote mate heeft gemoderniseerd en nota bene het kalifaat heeft afgeschaft, veroordelen. De islam is vaak vijand geweest van het westen, maar net zo vaak een bondgenoot. De laatste sultan van het Ottomaanse Rijk vocht samen met Duitsland en Oostenrijk-Hongarije tegen de geallieerden. Zijn oproep tot een jihad kreeg weinig gevolg in de islamitische wereld. In tegendeel vochten veel moslims in geallieerde dienst tegen de asmogendheden. Hitler hoopte op een jihad tegen de Britse bezetting van het Nabije Oosten, maar noemde dit in het enige verboden boek in Nederland Mein Kampf al als een vrij onwaarschijnlijk scenario. Hetzelfde Mein Kampf is overigens een gewild boek in de Arabische vertaling, evenals boeken over het leven van Che Guevara.

Wilders had veel meer kunnen zeggen in zijn speech. Bijvoorbeeld dat Mohammed ook een wereldlijk leider was die Joodse stammen die zich niet wilden bekeren heeft vermoord ´volgens de gebruiken van die tijd´. Ook had hij kunnen noemen dat het werkelijke probleem van de Islam in de huidige wereld is dat deze zich verzet tegen modernisering. Voorts had hij kunnen zeggen dat de bewuste oppositie van de Islam ten opzichte van andersdenkenden niet correct is. Mohammed zag zichzelf als de laatste profeet, maar deze notie was al eerder door een andere profeet, Mani uitgevonden. Het verbod om mensen af te beelden was ook niet een islamitische vondst, maar vond plaats in de bredere historische context van het iconoclasme dat tegelijkertijd in het Byzantijnse Rijk plaatsvond. Het apocalyptische karakter van de Islam kwam in een tijd dat ook binnen byzantijns-christelijke kringen het idee van het einde der tijden werd voorzien. Deze ontkenningen van de absolute, exclusieve aard van de Islam vallen uiterst slecht in de moslimwereld.

Wilders had kunnen stellen dat veelgeroemde islamitische wetenschap in grote mate concepten heeft overgenomen van andere culturen. Hij had ‘bad cop’ kunnen spelen door erop te wijzen dat de islam vanaf de 11e eeuw van onze jaartelling nauwelijks nog enige bijdrage heeft geleverd aan de wetenschap. Hij had erop kunnen wijzen dat ook in de eeuwen na de islamitische bloeitijd maar nog voordat het Europese imperialisme en kolonialisme roet in het eten gooide, ruwweg vanaf de 11e eeuw tot en met diep in de 17e eeuw, de islamitische wereld al stagneerde, ondanks het ontstaan van machtige rijken zoals de Ottomaanse Turken en de Moghuls in India.

Hij had kunnen opmerken dat de ´nul´, zo belangrijk voor de algebra, al eeuwen voor de opkomst van de Islam in India was uitgevonden. De islamitische wetenschap bouwde voort op de Griekse filofosie. Er zijn meerder versies van de Koran gevonden, maar deze worden in het Westen onderzocht omdat men er in de islamitische wereld niet van wil horen. Het is dan ook waarschijnlijk dat dit boek toch echt door mensenhanden is geschreven net als de Bijbel en de Torah. Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker.

Tegelijk heeft Wilders kansen laten liggen om positievere zaken te benadrukken. Bijvoorbeeld het feit dat de Joden die uit het christelijk geworden Spanje waren verdreven werden verwelkomd door de Ottomaanse sultan. Dat christelijke Arabieren een vooraanstaande rol hebben gespeeld in de Arabische onafhankelijkheidsbeweging. Dat de islamitische hoofse cultuur een grote invloed heeft gehad op de Europese beschaving tijdens de Middeleeuwen. Dat de achterstand van de islamitische beschaving niet genetisch is bepaald zoals de Duitse querulant Sarrazin heeft beweerd. Dat de voorbeelden van Singapore, China, Japan en India aantonen dat vernieuwing mogelijk is met behoud van eigen identiteit, zonder een ´slaaf´te worden van het Westen.

En zelfs het voorbeeld van Israel, hoe controversieel ook, zou kunnen worden gevolgd. Israel is met al zijn zwakheden en misdaden een levendige democratie. De enige echte democratie in de regio. Arabisch is er officieel erkend als tweede taal, en de Arabieren hebben hun eigen vertegenwoordiging in de Knesset. Israel heeft keer op keer de Arabische wereld de hand gereikt, maar wordt permanent in haar existentie bedreigd. De muur die voor zoveel controverse heeft gezorgd heeft niettemin voor rust gezorgd. De Joden hebben van de Tweede Wereldoorlog geleerd dat zachte heelmeesters stinkende wonden maken. Tegelijkertijd bevinden zich onder de Palestijnen ook veel christenen. Yasser Arafat was zelfs getrouwd met een christelijke vrouw.

Als Wilders al deze dingen hadden gezegd had dat waarschijnlijk een vernietigend fatwa opgeleverd. Salman Rushdie kreeg een doodsvonnis voor minder. Die vrees voor een radicaal fatwa (de term fatwa op zich is immers neutraal) was, het karakter van Wilders in aanmerking genomen, eerder een reden waarom hij zijn toon matigde dan Haags geneuzel rondom de coalitie.

 

De fragiele Vrede van Klink

schaak 

Sjah Mat 

Het CDA verkeert in ernstige crisis, en dan in de oorspronkelijke zin van het woord. De aloude tegenstellingen tussen katholiek en protestant spelen een rol, maar ook generatieverschillen kwamen naar boven in een klassiek machtsspel met als dramatisch hoogtepunt de brief van Klink. Een modern J’accuse tegen de opvattingen van de PVV volgens sommigen, een dolksteek in de rug van de coalitiepartners volgens anderen.

Nu de ogenschijnlijke luwte in de vorm van een radiostilte is weergekeerd, blijkt Klink zelf het grootste slachtoffer te zijn geweest van zijn epistel. Het hele gebeuren heeft hem ingehaald, ongewild en onverwacht. Klink staat alom bekend als een integer man, in tegenstelling tot de sluwe onderhandelaar Verhagen. Maar kennelijk ontbeert hij de souplesse om hieruit munt te slaan. Hij beoogde het CDA weer op het juiste pad te brengen, en zo een einde te maken de geestelijke erosie van de middenpartij. Het tegendeel is bereikt: het CDA is intern sterker verdeeld dan ooit.

Toevallig was Palamedes tijdens dit toneelstuk van de politiek een bekend boek over de Pelopponnesische Oorlog aan het lezen van Donald Kagan (2003). Lezing van het verslag van Thucydides over dePeloponnesische Oorlog (431-404 v. Chr.) zou verplichte kost moeten zijn voor ‘staats’-lieden als Klink en Wilders. En wellicht zullen zij zich herkennen in de Atheense politici van de 5e eeuw voor Christus. Zo is Klink onmiskenbaar de moderne variant van de Atheense politicus en generaal Nikias. Wilders doet erg denken aan zijn rivaal Kleon. Beide mannen waren, net als Klink en Wilders ”nieuwe mannen”, dat wil zeggen van niet-adellijke afkomst.

Nikias was een integer en intelligent man, die zoveel mogelijk trachtte de imperialistische geest van de oorlogspartij van zowel Kleon als generaal Alkibiades te temperen. Hij steefde een eervolle vrede met Sparta na. Het contrast was groot met Kleon, een demagoog en sluw volksmenner, die de zwerende onderbuikgevoelens van de Atheense bevolking goed wist te doen ontvlammen. Toen Kleon overleed in 423 v. Chr. was Nikias er snel bij om een vrede met Sparta te bewerkstelligen. Deze fragiele vrede is de geschiedenis ingegaan als de ‘Vrede van Nikias’, en deze term is vervolgens voor de Bolkestein-achtigen onder ons een soortnaam geworden voor iedere vorm van schijnvrede, zoals bijvoorbeeld het 21-jarige Interbellum (1918-1939) tijdens de Grote Oorlog van de 20e eeuw (1914-1945).

Maar goed, terugkerende naar de 5e eeuw v. Chr. bleek dat de Vrede van Nikias geen lang leven beschoren was. De Atheense oorlogsgezinden, met Alkibiades voorp, vatten in 415 v. Chr. een plan op om een expeditie uit te rusten naar Sicilie om zo het gehele eiland onder Atheense vlag te brengen. De machtigste stad op Sicilie, Syracuse, leverde immers graan aan Sparta en Korinthe, de gezworen vijanden van Athene in de Peloponnesiche Oorlog. Syracuse vormde een permanente doorn in het Atheense oog.

Nikias, die weinig zin had in de voortzetting van een ‘totale oorlog’ probeerde de Atheense volksvergadering ertoe te bewegen goedkeuring te onthouden voor de geplande expeditie naar Sicilie. Eerst probeerde Nikias in de eerste instantie de volksvergadering te overtuigen van het gevaar van zo’n expeditie. Immers, zo stelde Nikias, Syrakuse had de beschikking over het achterland om de eigen manschappen te voeden, terwijl de Atheense vloot ver weg van huis strijd moest leveren. En de machtiger Carthagers waren er ook niet in geslaagd de Sicilianen te onderwerpen.

Dit argument sloeg aan bij de mannen van de volksvergadering, maar in tegenovergestelde zin. Nikias bereikte het tegendeel van zijn plannen: de volksvergadering, Alkibiades voorop, besloot dat er nog meer manschappen naar Sicilie moesten worden gestuurd. Een nog grotere vloot werd ingescheept voor Sicilie dan voorheen voorzien. Nikias had geen andere keuze dan om hierin mee te gaan, maar het was tegen zijn zin. De gehele expeditie naar Sicilie werd een fiasco voor zowel Athene als Nikias zelf. In militair opzicht liep het uit op een mislukking. Nikias vreesde dat onverrichter zake terugkeren naar Athene zijn einde zou betekenen. Daarom bleef hij in Sicilie talmen en dralen, totdat hij uiteindelijk door de Syracusianen werd gedood. In die tijd een beter lot dan de schaamte van het verlies thuis te moeten ondergaan.

Klink is net als Nikias een integer man, maar integriteit en machtspolitiek gaan vaak slecht samen. Maxime Verhagen heeft als historicus goed door welke valkuilen een te grote mate van integriteit met zich meebrengt, en hij heeft zich dit eigen gemaakt. Het feit dat hij de CDA-crisis heeft overleefd wekt dan ook weinig verbazing. Het enige wat hem nog zou kunnen opbreken is het feit dat hij teveel een katholieke en Limburgse signatuur heeft. Diep in het onderbewuste van de nog altijd calvinistische Nederlander sluimert een latent antipapisme, dat wordt uitvergroot door de recente seksschandalen in de katholieke kerk. Zo bezien vormt de aanklacht tegen bisschop Gijssen ook een gevaar -weliswaar indirect - voor de toekomst van Maxime Verhagen. Hoe dan ook, de teerling is geworpen.

Een plukje Basilicum, een snuifje coke

sospiri 

Het zuchten voorbij… 

De Italiaanse overheid functioneert weliswaar slecht, althans zo is de heersende mening in onze nu zo zompige Rijndelta, ze kunnen niet beschuldigd worden van het gebrek aan ervaring in de omgang met criminelen. In de afgelopen 14 maanden heeft de Italiaanse overheid 15 miljard euro aan crimineel verkregen goederen geconfisqueerd. En niet alleen in het Zuiden, maar ook in Lombardije en Piemonte. (Zie: http://www.bloomberg.com/news/2010-09-14/italian-police-seize-1-9-billion-in-mafia-linked-assets-in-record-haul.html). Dat is natuurlijk ook meteen een uitstekende manier tot reductie van het overheidstekort.

Benoorden de Alpen verlopen de zaken niet per definitie efficienter, al denken we vaak dat dat wel zo is. Neem bijvoorbeeld Amsterdam. Nu schijnt de kersverse burgemeester Van der Laan eindelijk ook de Wallen aan te willen pakken. Na decennialang het troetelkindje van linkse idealisten te zijn geweest, is eindelijk –vele afrekeningen later- het besef doorgedrongen dat de Wallen toch vooral een broeinest zijn voor keiharde criminelen. Het drugsgeld regeert Amsterdam, maar gelukkig levert het toch nog enige metropolitische geur aan onze verder zo provinciaalse hoofdstad. Goh, denkt vrijzinnig Nederland, nooit gedacht dat prostitutie en drugs samen zouden gaan. Nu is het altijd al curieus geweest dat een ordinaire hoerenbuurt als toeristische hoofdattractie geldt. Worden de Wallen binnenkort ook onderdeel van het UNESCO Werelderfgoed? De roodverlichte ramen met Oosteuropese en Afrikaanse moderne slavinnen worden dan officieel en met subsidie van de EU beschermd en dan kunnen we een Open Monumentendag houden in de bordelen. Met een speciale workshop en informatiefolders. Een primeur voor Amsterdam, naast het sexmuseum en het hashmuseum een Bordeel-Museum erbij!

Misschien kan het BOOM (Bureau Ontnemingswetgeving Openbaar Ministerie) iets van de Italiaanse misdaadbestrijders leren, want de bedragen die jaarlijks hier te lande worden ontnomen aan criminelen zijn niet erg indrukwekkend, terwijl er toch ook in ons eigen vrolijke landje miljarden worden verdiend in het crimineel circuit. In heel 2008 was de magere opbrengst van het BOOM 23 miljoen euro. Dat is slechts een zakcentje vergeleken met de kosten van de bouw van de Metro en de verbouwing van het Stedelijk Museum.

De discussie over het uitbreiden van de politie heeft echter in Nederland een hoogst beperkt karakter. Meer blauw op straat is niet de enige oplossing. Er moet –juist in deze tijden van bezuiniging- dringend worden geïnvesteerd in goed gekwalificeerde mensen die ervaring hebben met hoe geldstromen lopen. Enkele projecten met oud-bankiers hebben al goede resultaten opgeleverd.

De discussie – of zoals het tegenwoordig steevast wordt genoemd ‘het debat’ -over de bezuinigingen heeft een symbolisch karakter. Er ‘is geen geld meer voor ouderenzorg’ heet het dan. Er wordt niet vanuit gegaan dat investeringen moeten worden gedaan in mensen en middelen om later daarvan te kunnen profiteren. Het verruimen van de bestaande ‘Pluk ze’-wetgeving is daarom een goede investering, evenals het inzetten van oud-bankiers. Rechters en Officieren van Justitie zouden ook financieel opgeleid moeten worden, in plaats van naast de wet alleen maar het D66-programma te lezen. Toch zijn diezelfde multiculti-helden tegelijkertijd degenen die de rechterlijke macht zoveel mogelijk gesloten houden voor allochtone rechters. Van de rechterlijke macht een werkelijke afspiegeling maken van de bevolking gaat deze profeten van de multiculturele samenleving weer een stap te ver. Kennelijk gaan zij teveel uit van een bepaalde mal waarin slechts gelijkgestemden passen.

Vooral Officieren van Justitie moeten gepokt en gemazeld raken in de financiële wandel in het criminele circuit, waarin niet alleen geld wit wordt gewassen, maar ook zwart en grijs. Met andere woorden: er zijn verschillende technieken om geld dat van oorsprong ‘wit’ is toch aan te wenden voor criminele doeleinden, en dit is tot op heden niet strafbaar. Het is vreemd dat het in het reguliere circuit brengen van crimineel verworven geld wel strafbaar is, maar het investeren van ‘wit’ geld voor criminele doeleinden aan het oog wordt onttrokken. Zo komt het dat tot op heden bijvoorbeeld de wapenindustrie vrijwel niet wordt aangepakt. Wel is op basis van antiterrorismewetgeving hierin de laatste jaren verandering gekomen. Maar het is nog altijd zo dat een kleine klant bij een bank netjes moet aangeven voor welke doeleinden hij of zij zijn persoonlijke lening wil aanwenden, en een groot bedrijf met groot gemak leningen kan aangaan zonder daarover verantwoording af te leggen.

Dit gebrek aan controle heeft er mede toe geleid dat er allerlei financiële producten zijn ontstaan waarvan niemand wist waar uiteindelijk de geldstroom werd gegenereerd. Bij de speurtocht door misdaadbestrijders naar crimineel verworven geld geldt al sinds jaar en dag het adagium ‘follow the money’, maar bij ingewikkelde financiele producten gold dit niet. De economische crisis waarin wij ons nu bevinden heeft aangetoond dat kennis van hoe geldstromen lopen van levensbelang is voor onze economie. Nu de geschatte omvang van de criminele economie vele tientallen miljarden bedraagt, verdient dit thema juist nu meer aandacht dan welke het nu krijgt. Misschien kan Nederland dus toch nog wat anders van de Italianen leren dan culinaire hoogstandjes. De Italianen plukken niet alleen basilicum, ook weten ze als geen ander raad met het oppakken van criminelen. Met de zonnige groeten van Silvio Berlusconi.

Gebroken solidariteit

zee

De Nederlandse Bank (officieel geheten: DNB) heeft gefaald in het toezicht op de Uit de Hand Gelopen Hobby ter Persoonlijke Verrijking van voormalig directeur en grootaandeelhouder Dirk Scheringa (officieel geheten: DSB). Dat is althans de constatering die gemaakt kan worden na het faillissement van deze bank. Weliswaar kan worden gezegd dat DNB gebonden is aan wettelijke regels die te snel ingrijpen moesten waarborgen. Nu komt er een hopelijk eindelijk een echte parlementaire enquete naar de kredietcrisis en zullen Nout Wellink en Wouter Bos, de meesterspelers in het Nederlandse lokale versie van de internationale kredietcrisis onder ede moeten verklaren over de gang van zaken die aanleiding gaven tot het faillissement van de DSB, en – onder andere -de miljardensteun aan ABN AMRO.

Het is vreemd dat drie jaar na het ontstaan van de economische crisis in Nederland geen enkele functionaris, zij het bij de overheid, zij het bij het bedrijfsleven, aansprakelijk of zelfs maar verantwoordelijk is gehouden. De constatering dat iedereen een beetje ”fout” zat, welke de Commissie De Wit maakte na maandenlang onderzoek, heeft veel weg van het rapport van de Commissie Davids over het ingrijpen in Irak: waar allen schuld hebben, heeft uiteindelijk niemand schuld.

De gewone burger, tot voor kort laatdunkend gekenschetst werd als een ouderwets en burgerlijk en naar spruitjes stinkend soort mensen met ”onderbuikgevoelens” moeten, in tegenstelling tot de genoemde functionarissen, wel betalen voor de crisis. Het gehele stelsel van sociale zekerheid is het afgelopen decennium doelbewust in staat van afbraak gebracht. Nu worden de pensioenen ook nog minder en moeten we met zijn allen harder doorwerken tot 67 jaar, terwijl de bonussen van de genoemde functionarissen even hoog blijven als altijd. Wellicht houdt dit niet allemaal met elkaar verband, maar in deze tijd waarin het ”image” zo centraal staat is dit toch een zeer slechte marketing van de overheid. Intussen wordt onze post bezorgd door een bedrijf met de naam TNT waarvan niemand weet wat dit betekent en wordt de HEMA binnenkort, na te zijn leeggezogen door een private equity-firm, verkocht aan een buitenlandse geldschieter. Er wordt bij de HEMA al hard geprobeerd de bestaande werknemers binnen de grenzen van de wet de laan uit te sturen en te laten vervangen door 16-jarige goedkope scholieren.

Het eeuwige argument voor types die beweren dat dergelijke kritiek voortkomt uit reactonair gedrag of onderbuikgevoelens voeren daarmee een grote drogreden aan, die van het argumentum ad hominem, welke drogreden meestal het laatste redmiddel is als andere argumenten niet meer opgaan of geloofwaardig klinken. Ik heb ze in ieder geval nog niet gehoord. Er blijkt uit niets waarom de uitverkoop van ons land zo nodig is. Globalisering? De trend is juist dat nationale overheden diezelfde globalisering omarmen voor zover dit tot hun voordeel strekt en afwijzen zodra dit niet het geval is. In Nederland lijkt de globalisering echter vooral te worden omarmd om onszelf te benadelen, op een kleine elite na, die – niet geheel onverwacht- uit dezelfde rangen komen als de hiervoor genoemde ”functionarissen”.

De kleine pensioenspaarder kijkt daarom met lede ogen naar hoe deze elite zichzelf verrijkt en zijn geld stalt in buitenlandse nep-vennootschappen, terwijl op hun beurt buitenlandse nep-vennootschappen en investeerders met graagte worden binnengehaald in het Nederlandse belastingparadijs. Met als argument dat dit goed is voor de economie, terwijl geen enkele eisen worden gesteld aan diezelfde buitenlandse investeerders ten aanzien van het aantal werknemers dat zij zullen aannemen of enige lange-termijnstragetie binnen Nederland wordt vereist. De belastingwetgeving wordt zelfs aangepast om deze investeerders geheel te accomoderen zoals is gebleken bij het ‘bid’ om de FIFA binnen te halen voor het WK voetbal.

Alles wordt in het werk gesteld om zieltogende banken in leven te houden omdat de managers anders naar Londen of New York zouden vetrekken. De gewone burger wordt echter geacht om braaf in Nederland te blijven en de portemonnee te blijven trekken. Zogenaamd om de solidariteit te waarborgen met anderen, mensen die nog minder hebben. De functionarissen zal het weinig schelen, zij wonen niet in de oude wijken in de grote steden. Zij hebben de band met Nederland allang verruild met een vaag kosmopolitisme en stallen hun geld in Luxemburg of de Antillen en kopen huizen op het Franse platteland. Nederland is niet meer dan een middel, een vehikel geworden voor een elite. Het doet denken aan de Schotse adel vroeger in Londen resideerde en de hooglanden liet verkommeren. Nederland is voor deze mensen een burgerlijk rotlandje geworden en de opkomst van iemand als Geert Wilders bevestigt hun nauwelijks verhulde dedain voor dit curieuze landje aan de delta van Maas en Rijn.

Het doet denken aan de 18e eeuw, toen de Hollandse regenten iedere modernisering in Nederland probeerden tegen te houden. Incompetente stadhouders zorgden voor verdere stagnatie. De Nederlandse vloot werd verwaarloosd en zo kwam een einde aan het Nederlandse overwicht op zee. Het door 2 bijzonder actieve generaties in de 17e eeuw verdiende geld werd opgepot of in verfraaiing van grachtenpanden gestopt zonder investeringen in eigen land te doen. Stadhouders Willem V vluchtte naar Engeland toen de bodem hem de heet onder de voeten werden een droeg alle Nederlandse kolonien met een pennestreek over aan de Britten. Veel Nederlands geld verdween met hem naar Londen. Gelukkig  voor Nederland bleken de Franse bezetters nog niet zo slecht en vooral Koning Lodewijk Napoleon bleek een goed bestuurder. Met Frans elan stichtte hij vele nationale instituten waar het Oranjehuis vervolgens handig gebruik van heeft gemaakt alsof dit hun eigen vindingen betrof. Het rondmarcheren van Willem Alexander in uniform en vervaarlijke sabel is direct terug te voeren op de militaire traditie die is ingevoerd door de Bonapartes.

Wellicht moet Nederland weer door een buitenlandse macht worden bevrijd van haar moderne regentenelite. Het openbaar bestuur is net als in de 18e eeuw doortrokken van oligarchische trekken, zoals de benoeming van burgemeesters, de indirecte verkiezingen van de Eerste Kamer, de grote rol van het staatshoofd in kabinetsformaties, en de politieke onschendbaarheid van leden van het koningshuis, de indirecte Tweede Kamerverkiezingen waarbij de premier niet kan worden gekozen. Het is maar een greep uit vele voorbeelden die meerin de 18e eeuw passen dan in de 21e. 

In Frankrijk demonstreren mensen al massaal vanwege de verhoging van de pensioenleeftijd naar 62 jaar. Wie demonstreert hier te lande nog? Toen in de jaren ’90 neonazis in het Duitse Solingen hakenkruizen schilderden op immigrantenwoningen gingen we massaal de straat op en scandeerden ”Ich bin wutend”. Wie is er anno 2010 nog woedend op mensen die ons eigen land afbreken? We zitten op een breukvlak van de geschiedenis tussen de 20e en de 21e eeuw. Het oude gaat verloren, het nieuwe tekent zich langzaam af aan de horizon. Solidariteit is daarbij het eerste slachtoffer geworden, een holle politieke frase voor links, kleffe praatjes voor het midden, en een scheldwoord voor rechts. Ingeklemd tussen ideologie en de praktijk is dit beginsel allang kapot. En solidariteit gaat net als de kruik lang te water, maar eenmaal gebroken resteert slechts het water dat onverbiddellijk blijft stromen en het rulle zand op de bodem. Om daar te rusten en wellicht eens als archeologisch object ontdekt te worden door een toekomstige beschaving.

Pluriform, niet multiculti

Nieuw Rechts heeft een overwinning behaald in Zweden. Geheel Europa ondergaat een flinke ruk naar rechts. Nieuwe populistische rechtse partijen verschijnen ten tonele en verdrukken zowel de oude extreem-rechtse partijen als de traditionele partijen. Zoals Herman Wijffels zei in het programma Buitenhof is er een nieuwe verticale as aan problemen ontstaan die haaks staat op de traditionale horizontale as met de onderverdeling tussen links en rechts.

De nieuwe problemen immigratie, islam en het milieu, tegenwoordig ‘duurzaamheid’ geheten, trekken zich niets aan van de oude horizontale as tussen links en rechts. Naast de grote problemen rondom immigratie is er echter nog een andere dimensie in het spel die de opkomst van rechts stimuleert. En dat is een reactie op het van bovenaf gelegde multiculturalisme en Europeanisering. Europa heeft zichzelf gepositioneerd als een supranationaal stelsel waaraan de nationale staten ondergeschikt zijn. Het hypocriete aan het EU-project is dat er het hoogste niveau steeds meer macht naar zicht toetrekt zonder aan de voet democratischer te worden. De EU is een bureaucratische Moloch geworden en dat verklaart ook waarom Europa de burger koud laat.

Het van bovenaf opleggen van een verbeeld Europees eenheidsstreven werkt steeds meer averechts omdat het tegen het nationalisme is, en voor internationalisering. De EU probeerde de nationale identiteit van lidstaten te temmen. Een belangrijk punt van Europees beleid is het stimuleren van regionale ontwikkeling en samenwerking, als tegenwicht tegen het nationalisme. Net zoals de absolutistische monarchen de macht van de burgerij versterkten om zo de macht van de adel te breken, koketteren Europese instellingen met grensoverschrijdende initiatieven in de hoop dat de burgers ooit de beperkte nationale identiteit zullen verruilen voor een goedaardige Europees burgerschap. Volgens Europese federalisten heeft de natie-staat al vol voldoende ellende gezorgd in de Europese geschiedenis. Tragische finale van dit zogeheten concert der naties was immers de Tweede Wereldoorlog met als toegift de Bosnische Oorlog.

Nieuw rechts doet niet veel anders dan het terugclaimen van de natie-staat en daar is niets fascistisch of engs aan. Want de nationale staten hebben, althans in West-Europa – en daarin ligt ook het blijvende verschil met de oosteuropese landen- een lange ontwikkelingsgeschiedenis die niet genegeerd kan worden. Frankrijk en Engeland, en ook Nederland, kennen een langdurige parlementaire geschiedenis die geheel een eigen karakter kende. De monarchen die deze nationale staten opbouwden, beseften zich goed dat grenzen moesten worden gesteld aan particuliere groeperingen die de eenheid van de staat bedreigden. Zo scheidde Hendrik VIII van Engeland zich af van de Roomse Kerk om, onder ander, de invloed van de katholieke kerk in Engeland te beperken, waaruit de zelfstandige Anglicaanse kerk ontstond. De Franse Koning Lodewijk XIV schafte het Edict van Nantes af en daarmee de godsdienstvrijheid voor protestanten in het Zuiden van het land. Beide vorsten begrepen dat begrenzing van vrijheid noodzakelijk was. In Spanje waren al eerder de moslims verdreven, maar ook de joden en zelfs de joden die zich formeel tot het Christendom hadden bekeerd was hetzelfde lot beschoren. In de eeuwen die daarop volgden claimden burgers die vrijheid soms geleidelijk en vaak schoksgewijs terug, culminerend in de Franse Revolutie, die een supranationaal karakter had met waarden als vrijheid, gelijkheid en broederschap. Dezelfde waarden die nu ten grondslag liggen aan Europa.

De Franse Revolutie zorgde echter voor een tegenreactie in de vorm van de Romantiek aan het begin van de 19e eeuw. De generatie van na de Franse Revolutie was het gedachtgengoed van Napoleon die met zijn veldslagen het Europese toneel bijna twee decennia lang had bepaald nogal zat. Toch wilden de meeste Romantici niet terug naar het verleden, maar zochten zij vernieuwing door herinterpretatie van datzelfde verleden. Symboliek werd belangrijk. Datzelfde proces is nu weer gaande in Europa als reactie op het Europese internationalisme van een generatie geleden. Dat verklaart ook waarom de leiders van nieuw recht ook vaak jong zijn en energiek. Dit proces afschilderen als de opkomst van fascisme of rasicme doet deze ontwikkeling geen recht.

Het idee van de Europese eenheid gaat in feite terug op de Romeinse oudheid. Dat Rijk was net als de EU een multi-etnische staat en pluriform. Maar het Rijk was niet multicultureel, de Grieks-Romeinse beschaving voerde de boventoon. Als Nieuw Rechts zijn energie op goede wijze zal aanwenden, zal dit hopelijk leiden tot een nieuwe vorm van Europese samenwerking waarin pluriformiteit hoog in het vaandel staat. Waarin alle religies een plaats hebben, democratisch en multi-etnisch. Maar waarin een dominante cultuur bestaat, de Helleens-christelijke Europese beschaving die al sinds het Romeinse Rijk bestaat en die steeds weer vernieuwd moet worden. Andere culturen die inmiddels op Europese bodem zijn geworteld hebben daarin een blijvende plaats maar binnen zekere grenzen, die moeten worden getrokken daar waar zij de dominante cultuur aantasten.

Het is vreemd dat in de afgelopen decennia in het kielzog van het Europese internationalisme zo’n dedain is tentoongespreid voor de wortels van de eigen Europese beschaving. De Arabische beschaving grijpt immers ook en met gepaste trots terug op de bloeitijd van de islam in de 6e-9e eeuw n. Chr. Laat de Arabieren vooral op hun eigen manier zoeken naar de wortels van hun cultuur en zichzelf vernieuwen. De Chinezen noemen zichzelf sinds hun eigen versie van het Romeinse Rijk ”Han”, naar het vroegere Han-rijk (2e eeuw v. Chr.- 2e eeuw n. Chr.). Laat ook de Chinezen inspiratie vinden in dit grote verleden. Waarom zou Europa dan hetzelfde niet mogen doen?
Er zijn wel enkele verschillen tussen de Arabische wereld, China en Europa. Zowel Europa als de Arabische wereld en de Chinese wereld hebben perioden gekend van groei, internationalisering en fragmentering. Maar alleen in Europa heeft het idee van de Europese eenheid zo’n sterke concurrent gehad in het begrip ‘natie-staat’. Het vinden van de juiste balans tussen nationale staten en het eenheidsstreven is wat het Europese project zo uniek maakt. En ook richtinggevend voor de toekomst waarin andere landen ook steeds meer met elkaar moeten samenwerken, juist met betrekking tot thema’s als duurzaamheid en migratie. De Afrikaanse en Zuidamerikaanse politici kijken met grote belangstelling naar wat in het pluriforme Europa gebeurt, juist nu. De oude politieke partijen, van links tot (oud) rechts, doen er goed aan zich te beseffen dat zij binnenkort aan de achterzijde van de geschiedenis kunnen gaan staan als zij zichzelf niet blijven vernieuwen.

Boekencanon voor tijdens de coalitie-onderhandelingen

Geachte lezers,

Na een tijdelijke afwezigheid zullen hier binnenkort weer nieuwe artikelen verschijnen. Tijdens de zomermaanden die in het teken stonden van kronkelige coalitie-onderhandelingen is Palamedes op zoek gegaan naar de nodige literatuur die goed past bij deze periode van politieke en culturele verwarring. Palamedes wil een top tien van literaire boeken samenstellen die de huidige generatie van politici in ons land in de komende maanden zouden kunnen of moeten lezen ter lering ende vermaak. Geheel in de geest van de tijd noemen we dit een coalitie-canon van 10 boeken. Daarbij gaat het niet om boeken als ”Seven habits of highly efficient people” of andere managementboeken maar om fictie. Zo is Palamedes tot een -voorlopige top 2 gekomen. Palamedes nodigt hierbij de lezers van dit blog uit om andere suggesties aan te brengen om zo tot een echte top 10 te komen.

Doe mee met het samenstellen van deze canon en zend uw suggestie naar Palamedeslegal@aol.com!

Voorlopige Coalitie-canon:

1. Stad der Zienden – Jose Saramago. Een prachtig boek waarin wordt beschreven wat gebeurt als meer dan 80% van de bevolking blanco stemt. De overheid weet er geen raad mee. 80% van de bevolking wordt als ”terrorist” bestempeld. De staat van beleg wordt afgekondigd, en vele mensen in het gevang gezet. Tot verbazing van de politici blijkt de samenleving desondanks gewoon door te draaien. De mensen gaan gewoon naar hun werk, doen de was en de kinderen spelen door, de zon gaat nog steeds op en onder.

2. L’homme a la Colombe (vrij vertaald: De Man met de Vredesduif) – Romain Gary. Dit in 1958 geschreven boek gaat over de handel en wandel in de gangen in het VN Hoofdkantoor. Romain Gary was naast schrijver ook diplomaat. Het boek geeft een goede beschrijving van de holle symboolpolitiek van de VN en is tot op heden actueel: Op een dag wordt een man met een duif in zijn hand aangetroffen in een van de vele kamers van het VN gebouw. Daarna verdwijnt hij weer en duikt hij geregeld weer op in een andere ruimte ergens in het gebouw. Intussen groeit de reputatie van de man met de duif uit tot mythische proporties. Hij wordt gezien als een messias – of juist als een bedreiging. De Communisten zien hem als een westers complot. Het Westen ziet hem als een communistisch wapen. Vele vergaderingen worden gehouden om het fenomeen van de man met de duif te duiden. Als ultiem bewijs van saamhorigheid besluiten alle naties van de wereld om uit alle raampjes van het VN gebouw letterlijk vredesvlaggetjes te laten zwaaien. De man met de duif verklaart echter plechtig in een persverklaring dat hij symboolpolitiek zat is en dat hij de wereld echt wil verbeteren. Dit kan natuurlijk niet goed aflopen.

3 ….

Schip zonder stuur

stuur

De procedure tot uitzetting van de Roma uit Frankrijk stelt Europa voor nieuwe vragen en tegenstellingen. De Roma en Sinti, politiek incorrect de zigeuners genaamd behoren tot de laatste min of meer vrijwillige nomaden van Europa. Sinds de Middeleeuwen trokken zij rond, niet gebonden aan grond of landheer en wijdden zij zich net als de Joden die in Oost-Europa die evenmin grond mochen bezitten of pachten, aan het maken van muziek.

De rondtrekkende Jood, ofwel de ´lompenjood´ of in het Frans de ´Juif Errant´ zoals in het liedje ´le Meteque´van Georges Moustaki was een bekend verschijnsel in geheel Europa tot aan de Tweede Wereldoorlog en juist deze grote groep -onaangepaste- Joden zonder vaste verblijfplaats waren het mikpunt van een groeiend antisemitisme in de loop van de 19e eeuw. De Joden in de ghetto´s hadden het relatief veel beter dan degenen zonder vaste plaats, en zorgden voor weinig problemen. De rondtrekkende Joden waren een schamel zooitje dat niet veel verschilde van de Roma van nu en wekten ook de aversie op van de aangepaste Joden, die niets te maken wilden hebben met deze groep.

Toen de Franse journalist en wereldreiziger Albert Londres in 1929 door Centraal-Europa trok had hij al veel van de wereld gezien, van China tot het Midden-Oosten. Hij was toen al aan het einde van zijn carriere als oorlogsverslaggever bijna overal geweest, van het Franse front tot de verschrikkingen in de Sovjet-Unie. Toch was hij zodanig geschokt door de aanblik van de Joden in Tsjechoslowakije, dat hij slechts kon uitbrengen ´zes duizend mensen levend van gebed en van vuiligheid´.

Londres beschreef hun kaftans, baarden, hun lompenzakken op de rug, de gekromde ruggen en de oneindige triestheid van hun blik. Omdat de viool het lichtste instrument was, konden zij dit gemakkelijker meenemen op de vlucht. Want hun leven was niets meer dan een vlucht voor de pogroms. Londres beschrijft ze als wilden, als meelijwekkende verschoppelingen. Het romantische beeld dat Londres had van de ´Juif Errant´ bleek in werkelijkheid doffe ellende. Net zoals het geromantiseerde beeld van de zigeuners als in het boek van Prosper Merime en de latere opera ´Carmen´ van Bizet weinig van doen had met de realiteit.

Londres beschrijft hij hoe de sedentaire bevolking van Silezie tot aan Transsylvanie steevast dezelfde haat tegenover de Joden koestert. Hoe de aanblik van de kaftan, de pijpenkrullen en baarden de bevolking ´elektriseert´ en aanzet tot razernij. De lompenjood had uiterlijk veel weg van een bebaarde Talibaan in djellaba. Antisemitisme was in geheel Europa, en vooral in het Oosten eerder regel dan uitzondering onder alle lagen van de bevolking en niet slechts een bizarre uitwas van de Nazi´s zoals tegenwoordig nog weleens wordt gedacht.

De kloof tussen de gemiddelde lompenjood en mensen als Theodor Herzl was wellicht te vergelijken met die tussen de meest nobele kaste der Ariers in India en de onaanraakbaren, de paria. En zo werden de onaangepasten onder de Joden dan ook gezien, als paria die niet pasten binnen de moderne op eenheid gebaseerde Europese staten. Niet toevallig was de eeuw van het nationalisme tevens de periode waarin antisemitisme ontstond.

De nazi´s hadden het ook gemikt op de zigeuners. De wereldberoemde foto van een uitgehongerd meisje dat met grote ogen tussen de deuren van een trein naar de vernietigingskampen naar de camera staart, bleek tot latere grote consternatie binnen Joodse kringen een zigeunermeisje te zijn. Het wordt weleens vergeten dat ook de Roma en Sinti als ´Untermensch´ werden gezien en ook zij in groten getale zijn omgekomen. Minder rijk en georganiseerd dan de Joden, ontbrak het de Roma en Sinti aan goede belangenbehartigers om hun rechten op te eisen na de oorlog.

Terwijl de Roma nu onderwerp van gesprek zijn, wordt tegelijkertijd duidelijk dat het vrij verkeer van personen binnen de EU ook onder druk is komen te staan. Ook wordt het op pijnlijke wijze duidelijk dat de controle van immigratie naar en binnen de EU hapert. De illegale immigranten uit Afrika en Azie vormen nieuwe en heterogene groepen die buiten de wet en het gewone leven staan. De omgang met de ´oude´ groep nomaden zal dus wellicht een voorteken zijn van hoe in de komende decennia wordt omgesprongen met de ´nieuwe´ nomaden op het Europese continent. Alleen al daarom is het duidelijk dat de discussie over de Roma door Frankrijk iets is wat ons allen aangaat. Want niet alleen zijn grote groepen mensen aan de wandel, Europa zelf is ook op drift. Als een schip zonder stuur.

Bron voor dit artikel was mede de biografie van Albert Londres door Pierre Assouline, 1989.

 

Enseigner l'histoire au cyc... |
Anglais pour non-spécialist... |
videohistgeo6eme |
Unblog.fr | Annuaire | Signaler un abus | Le Lensois Normand
| Padiri Joseph FRAIPONT NDAG...
| cartes postales du morbihan