De woeste vernietigers van Oranje

Met de coalitieformaties aan de gang en de goede resultaten op het FIFA-WK voetbal krijgt de Nederlandse burger al snel het idee dat ons land in achting stijgt in de wereld. Immers, straks mogen we ons meten met Duitsland of Spanje. Dat Uruguay eerst nog verslagen moet worden, is in het collectieve bewustzijn al verdrongen. Immers, Uruguay is een klein Zuidamerikaans landje, ingeklemd tussen grootmachten. Gelegen aan de monding van een grote rivier. Een land waar je niet zoveel van hoort, eigenlijk een beetje het Nederland van Zuid Amerika.

Een tweede reden om te denken dat Nederland toch echt nog veel voorstelt, is de duur en de complexiteit van de coalitiebesprekingen. Het ingewikkelde schaakspel op het Binnenhof doet vermoeden dat hier mondiale belangen op het spel staan, alsof we de als overwinnaars na de Eerste Wereldoorlog in Versailles vredesonderhandelingen voeren. Mark Rutte als de Woodrow Wilson van Den Haag en Geert Wilders als de onverzoenlijke Clemenceau.

Tegelijkertijd zit de crisis op on netvlies gebrand: we zijn inmiddels zo gewend geraakt aan het woord crisis dat het ons niets meer doet. Murw zijn we ervan. President Obama wil de bonussen van Amerikaanse bankiers niet aanpakken met de bewering dat honkballers ook veel geld verdienen en hij deze ook niet kan aanpakken. Nout Wellink blijft lekker zitten bij DNB. En Gerrit Zalm, die zichzelf in 2008 nog trots een romantische boekhouder noemde heeft een metamorfose ondergaan naar realistische bon vivant. Dirk Scheringa geeft management cursussen aan werkloze ondernemers die de kneepjes van oplichting willen leren.

Wat ging er nou mis eigenlijk met de economie? Daarvoor zijn veel oorzaken te noemen. Maar in de eerste plaats ligt eraan ten grondslag een kokervisie, een beperking in ons eigen denken. Ik wil u niet vermoeien met weer een analyse over de crisis, maar iets wat ik nog nooit heb horen noemen als oorzaak is die van de mythe van creatieve vernietiging ofwel ‘creative destruction’ van de Oostenrijkse econoom Joseph Schumpeter (1883-1950). Deze theorie gaat er in lekentermen (ik ben slechts jurist) ervan uit dat economische vooruitgang een proces is van voortdurende innovatie waarbij succesvolle toepassingen van nieuwe technieken de oude vernietigen.

Nu is er op zich niets mis met deze theorie, ware het niet dat de theorie van de creatieve vernietiging tot in het extreme werd aangehangen binnen de beleidsbepalende kringen in de Verenigde Staten. Alan Greenspan noemde nog in 2008 in zijn autobiografische relaas ”the Age of Turbulence” de theorie van de creatieve vernietiging als een grote inspiratiebron. Als ultiem en positief voorbeeld van de zegeningen van de creatieve vernietiging noemt hij de economische groei van de VS in de 19 eeuw. In een volledig liberale economie, en de overvloed aan vruchtbaar land, bouwden de Amerikanen in enkele decennia hun land op tot een wereldmacht. Ongeremd door overheidsinmenging of bedisselende regelgeving kon zo in de ogen van Greenspan een volledige mate van positieve concurrentie ontstaan. De verovering van het Wilde Westen bood het beste voorbeeld van de creatieve vernietiging: de huifkarren maakten plaats voor de trein, de postkoets werd vervangen door de telegraaf en deze maakte op zijn beurt weer plaats voor de telefoon.

Het feit dat de voorzitter van de Amerikaanse Centrale Bank nog in 2008 het Wilde Westen als een economisch ideaal aanhaalde, geeft weer hoe diep het idee is geworteld binnen Amerikaanse vooraanstaande kringen dat ”het oude” – dat automatisch wordt vernietigd door innoverende ontwikkelingen - iets is wat waardeloos is en rijp voor de prullenbak. Traditie en cultuur zijn in die visie slechts bijzaken die vernietigd mogen worden als maar innovatie plaatsvindt. Dat is de kracht van het Amerikaanse denken maar tegelijkertijd ook de zwakte.

Het ongebreidelde geloof in creatieve vernietiging heeft ertoe geleid dat iedere innovatie als positief werd verwelkomd zodra dit leidt tot economische groei. Zo heeft deze mythe ertoe bijgedragen traditionele kenmerken van het bankwezen als voorzichtigheid en risico-aversie als ”oud” te bestempelen en nieuwe financiele producten als credit default swaps en het opknippen en verkopen van hypotheken binnengehaald zonder onderzoek te doen naar de mogelijk schadelijke invloeden daarvan op de lange duur.

‘Die ontkenning van de negatieve bijeffecten van ”creative destruction” vormden de blinde vlek van de aanhangers van deze economische religie. Greenspan vergat in zijn boek de negatieve effecten te noemen van de creatieve vernietiging, zoals bijvoorbeeld in de context van het Wilde Westen de vernietiging van de Indiaanse volkeren die aanwezig waren op het Amerikaanse continent. De immense schade van deze Indiaanse genocide is onschatbaar.

Greenspan beschrijft in zijn boek overigens dat hij tijdens een bezoek aan Venetie een concert van Vivaldi bijwoonde en daarvan genoot. Daar in die omgeving kwam hij – al op gevorderde leeftijd – met een zekere schroom tot de conclusie dat ”het oude” toch ook een zekere aantrekkingskracht heeft, hoe futiel ook in economisch opzicht. En uiteraard staat Europa in zijn visie vrijwel gelijk aan ”oud”. Als Greenspan zich iets meer in de muziek van Vivaldi had verdiept, had hij wellicht kunnen ontdekken dat Vivaldi op musicaal gebied ook een vernieuwer was, maar dan binnen een bestaande traditie en zonder dat dit het ”oude” daarmee direct afdoet als afgedaan.

Misschien moeten we daarom als Europeanen een voorbeeld nemen aan Vivaldi en is het wellicht aan het Oude Europa om dit als een geuzennaam te dragen en  de wereld te tonen dat ”het oude”, en dus al dat wat dreigt te verdwijnen, zoals de natuur, culturen en tradities die in de verdrukking zijn, hun intrinsieke waarde hebben en dat deze factoren dus niet slechts in geld zijn uit te drukken. Dat zou een waar weerwoord zijn tegen de Amerikaanse beperkte visie. Europa heeft kortom echte romantische boekhouders nodig. Schumpeter – die overigens de ondergang van de Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie had meegemaakt en daar zelf toch ook enige moeite mee moet hebben gehad - had gelijk met zijn stelling dat innovatie nodig is om vooruit te komen, maar de negatieve gevolgen van onze handelwijzen moeten ook in aanmerking worden genomen. Zoals de vernietiging van de natuur, het verdwijnen van planten- en diersoorten, de verandering van het klimaat, de ongeremde bevolkingsgroei.

Maar goed, eerst maar eens kijken wat Mark Rutte doet en of we van Uruguay gaan winnen. Want als we winnen is dat goed voor de economie. En ten koste van wie gaat deze creatieve vernietiging? Ten koste van de economie van Uruguay natuurlijk!

 

No comments yet.

Leave a Reply

Enseigner l'histoire au cyc... |
Anglais pour non-spécialist... |
videohistgeo6eme |
Unblog.fr | Annuaire | Signaler un abus | Le Lensois Normand
| Padiri Joseph FRAIPONT NDAG...
| cartes postales du morbihan